Meer info
     

08/06/1867 Strafwetboek
Strafwetboek van 8 juni 1867

Artikel 327

[Hij die, hetzij mondeling, hetzij bij een naamloos of ondertekend geschrift, iemand onder een bevel of onder een voorwaarde, bedreigt met een aanslag op personen of op eigendommen, waarop een criminele straf gesteld is, wordt gestraft met gevangenisstraf van zes maanden tot vijf jaar en met geldboete van honderd [euro] tot vijfhonderd [euro].
De bedreiging met een aanslag op personen of eigendommen waarop een criminele straf gesteld is, bij naamloos of ondertekend geschrift, zonder bevel of voorwaarde, wordt gestraft met gevangenisstraf van drie maanden tot twee jaar en met geldboete van vijftig [euro] tot driehonderd [euro].]
Wetshistoriek
Vervangen bij art. 1 W. 4 juli 1972 (B.S., 29 juli 1972) en gewijzigd bij art. 2 W. 26 juni 2000 (B.S., 29 juli 2000), met ingang van 1 januari 2002 (art. 9).