De gevangenisstraf is ten minste drie maanden, indien de dief een dienstbode of een loondienaar is, zelfs wanneer hij de diefstal gepleegd heeft ten nadele van andere personen dan die welke hij diende, maar die zich bevonden hetzij in het huis van de meester, hetzij in het huis waar hij hem vergezelde, of indien de dief een werkman, gezel of leerling is, die de diefstal heeft gepleegd in het huis, het werkhuis of het magazijn van zijn meester, of ook indien de dief een persoon is die gewoonlijk arbeid verricht in de woning waar hij gestolen heeft.