Meer info
     

22/12/2006 Mestdecreet
Decreet van 22 december 2006 houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen

Hoofdstuk VI De ontwikkelingsmogelijkheden van bedrijven

Afdeling I De nutriėntenemissierechten

Artikel 30

§ 1

De nutriėntenhaltes, vermeld in de artikelen 33bis en 33ter van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen, worden vervangen door de nutriėntenemissierechten. Deze vervanging gebeurt op zo'n manier dat het totaal aantal dieren op Vlaams niveau niet aangroeit zonder afbreuk te doen aan de aan individuele bedrijven toegekende rechten.

§ 2

De nutriėntenemissierechten beperken het aantal dieren van elke diersoort die op een bedrijf mogen worden gehouden, tot het aantal dieren van die bepaalde diersoort dat overeenkomt met het aantal dieren van die diersoort, vermeld op het berekeningsblad van de nutriėntenhalte.
De Vlaamse Regering kan afwijkingen vaststellen op de wijze waarop de nutriėntenemissierechten worden berekend ondermeer indien de soorten dieren vermeld op het berekeningsblad van de nutriėntenhalte niet meer overeenkomen met de naderhand daadwerkelijk gehouden soorten dieren, of indien een deel van de nutriėntenhalte enkel is uitgedrukt in kg P2O5 en kg N.
De Mestbank wijst ambtshalve de nutriėntenemissierechten uitgedrukt in NER-D toe aan de betrokken landbouwers. De door de Mestbank op grond van dit artikel toegewezen nutriėntenemissierechten gelden vanaf 1 januari 2007.
Voor de omzetting van de nutriėntenhalte in nutrientenemissierechten uitgedrukt in NER-D maakt de Mestbank gebruik van de tabel in de bij dit decreet gevoegde bijlage.
Hiertoe wijst de Mestbank eerst de nutriėntenhaltes toe aan de verschillende landbouwers, door de som te nemen van de nutriėntenhaltes van de verschillende exploitaties die deel uitmaken van het bedrijf van een betrokken landbouwer. Onder de nutriėntenhalte van een exploitatie wordt verstaan de nutriėntenhalte die op basis van artikel 33bis en 33ter van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen, toegekend is voor een inrichting of deel van een inrichting, als vermeld in het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen, die gelegen is op dezelfde plaats als de exploitatie.
Wanneer de producent, als vermeld in het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen, meent dat de nutriėntenhaltes van zijn inrichting of deel van een inrichting aan een andere landbouwer moeten worden toegewezen, dan kan hij bij de Mestbank bezwaar indienen tegen de toewijzing. De Vlaamse Regering kan nadere regels vaststellen.

§ 3

Voor de daaropvolgende berekeningen en omzettingen wordt uitgegaan van volgende waarden per dier uitgedrukt in NER-D gespecificeerd naar de betrokken diercategorie.
Diersoort
Waarde
Nutriėntenemissierechten
 1°  RUNDVEE:
 
 
 a)  Melkvee: Melkkoeien ongeacht de
127,00
NER-DR
melkproductie Vervangingsvee jonger dan 1 jaar
43,00
NER-DR
Vervangingsvee van 1 jaar tot 2 jaar
73,00
NER-DR
 b)  Mestvee: Zoogkoeien Mestkalveren
127,00
NER-DR
Runderen jonger dan 1 jaar Runderen van
14,10
NER-DR
1 jaar tot jonger dan 2 jaar
31,70
NER-DR
 
83,00
NER-DR
 c)  Andere runderen
106,50
NER-DR
 2°  VARKENS:
 
 
Biggen met een gewicht van 7 tot 20 kg Beren Zeugen
4,48
NER-DV
inclusief biggen met een gewicht kleiner dan 7 kg Andere
38,50
NER-DV
varkens:
38,50
NER-DV
van 20 tot 110 kg (tweefazig of driefazig) van 110 kg en meer
18,33
NER-DV
 
38,50
NER-DV
 3°  PLUIMVEE:
 
 
 a)  Legrassen: Legkippen [inclusief
1,18
NER-DP
(groot)ouderdieren] Opfokpoeljen van
0,57
NER-DP
legkippen
 
 
 b)  Vleesrassen: Slachtkuikens Slach
0,91
NER-DP
tkuikenouderdieren Opfokpoeljen van
1,91
NER-DP
slachtkuikenouderdieren
0,74
NER-DP
 c)  Struisvogels: Struisvogels
27,80
NER-DP
fokdieren Struisvogels slachtdieren Struisvogels (van 0 tot 3 maand)
13,10
NER-DP
5,20
NER-DP
 d)  Kalkoenen:
2,99
NER-DP
Kalkoenen slachtdieren
3,47
NER-DP
Kalkoenen ouderdieren
 
 
 e)  Ander pluimvee
0,43
NER-DP
 4°  PAARDEN:
 
 
Paarden (> 600 kg) Paarden en
95,00
NER-DA
pony's (200-600 kg) Paarden
71,00
NER-DA
en pony's (< 200 kg)
47,00
NER-DA
 5°  ANDERE:
 
 
 a)  Konijnen Gesloten bedrijven (per
12,18
NER-DA
vrouwelijk konijn) Vetmesterij (per dier) [Kwekerij (per volwassen dier)]
1,11
NER-DA
5,03
NER-DA
 b)  Geiten en schapen
 
 
Geiten en schapen jonger dan 1 jaar
6,08
NER-DA
Geiten en schapen ouder dan 1 jaar
14,64
NER-DA
 c)  Nertsen
 
 
Gesloten bedrijven (per moederdier)
4,82
NER-DA
Vetmesterij (per dier)
1,56
NER-DA
[Kwekerij (per volwassen dier)]
1,78
NER-D 4
De Vlaamse Regering kan deze lijst aanvullen of wijzigen.

§ 4

Het gemiddeld aantal dieren op een bedrijf uitgedrukt in NER-D en berekend overeenkomstig het bepaalde in § 3 mag op jaarbasis niet hoger zijn dan de toegekende nutriėntenemissierechten en het aantal dieren op bedrijfsniveau uitgedrukt in NER-D en berekend overeenkomstig het bepaalde in § 3 mag op geen enkel ogenblik meer bedragen dan een door de Vlaamse Regering per diersoort te bepalen percentage van de toegekende nutriėntenemissierechten.

§ 5

Binnen de perken van de nutriėntenemissierechten heeft de landbouwer de vrijheid de diersoort te houden die hij verkiest of binnen dezelfde diersoort wijzigingen door te voeren.

§ 6

De omzetting naar een andere diersoort of wijziging binnen dezelfde diersoort gebeurt op basis van een door de Vlaamse Regering vastgestelde omrekeningstabel.
[...]

§ 7

[De Mestbank kan tijdelijke nutriėntenemissierechten, uitgedrukt in TNER-D, toewijzen aan een landbouwer voor het houden van dieren voor doeleinden in het kader van natuurbeheer, wetenschappelijk onderzoek, onderwijs, en beheer van onroerende goederen in opdracht van openbare besturen. De tijdelijke nutriėntenemissierechten zijn niet overdraagbaar.
De tijdelijke nutriėntenemissierechten, uitgedrukt in TNER-D worden berekend in functie van het aantal dieren nodig voor het verwezenlijken van de doelstelling vermenigvuldigd met de waarde bepaald in de tabel van § 3.
Voor zover aan de landbouwer voor de in het eerste lid vermelde doeleinden een nutriėntenhalte of nutriėntenemissierechten werden toegekend, worden deze door de Mestbank omgezet in tijdelijke nutriėntenemissierechten, uitgedrukt in TNER-D, die niet overdraagbaar zijn.
Indien de dieren niet meer gehouden worden in functie van de aangegeven doelstelling of indien de landbouwer zijn activiteiten in het kader van de doelstelling gestaakt heeft, wordt het deel van de tijdelijke nutriėntenemissierechten toegekend in toepassing van § 7, uitgedrukt in TNER-D, door de Mestbank geannuleerd.
Indien dieren worden gehouden zonder TNER-D of waarvoor de TNER-D geannuleerd werden, wordt aan de landbouwer de geldboete opgelegd voorzien in artikel 63, § 4.]

[§ 8

De Vlaamse Regering kan nadere regels vaststellen met betrekking tot dit artikel en kan afwijkingen bepalen voor landbouwers van wie het bedrijf een productie aan dierlijke mest heeft kleiner dan 300 kg P2O5, als vermeld in artikel 23, § 1, 1°.]
Wetshistoriek
§ 3, tabel gewijzigd bij art. 12 Decr.Vl. 19 december 2008 (BS 12 maart 2009 (ed. 2)), met ingang van 12 maart 2009 (art. 22).
§ 6 gewijzigd bij art. 74, 1° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009), met ingang van 1 januari 2007 (art. 157).
§ 7 vervangen en § 8 ingevoegd bij art. 74, 2° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009), met ingang van 1 januari 2007 (art. 157).

Artikel 31

§ 1

De nutriėntenemissierechten zijn geheel of gedeeltelijk overdraagbaar vanaf een door de Vlaamse Regering vast te stellen aantal nutriėntenemissierechten.

§ 2

[De overdrager moet de mestproductie die op het bedrijf voor de drie gekende aan de overname voorafgaande kalenderjaren werd geproduceerd overeenkomstig de bepalingen van dit decreet hebben afgezet.] Is dit niet het geval dan worden de overgedragen nutriėntenemissierechten proportioneel geannuleerd ten belope van de niet correct afgezette mestproductie.
Ingeval de overdrager beschikt over ingevulde nutrientenemissierechten en over niet-ingevulde nutrientenemissierechten wordt de annulering van de in artikel 34, § 1, eerste lid, 1°, voorziene 25 % als volgt doorgevoerd:
de volledige nutriėntenemissierechten worden in aanmerking genomen in voorkomend geval na de proportionele annulering op grond van het eerste lid;
daarvan wordt 25 % geannuleerd;
ten slotte, indien er bij de over te dragen nutriėntenemissierechten nog een deel niet ingevuld zijn wordt ook dit deel geannuleerd. [De niet-ingevulde nutriėntenemissierechten worden bepaald op grond van de invulling van de nutriėntenemissierechten gedurende de laatste drie gekende kalenderjaren voorafgaand aan de datum waarop de overname van de nutriėnten-emissierechten ingaat, ongeacht een mogelijke overdracht van de nutriėntenemissierechten tussen landbouwers tijdens deze drie kalenderjaren. Een annulatie wegens niet-ingevulde nutriėntenemissierechten op grond van een gegeven kalenderjaar, kan niet leiden tot een verdere annulatie na overdracht op grond van eenzelfde kalenderjaar.]

§ 3

[...]

§ 4

De overdracht wordt gemeld aan de Mestbank die akte neemt van deze overdracht en in voorkomend geval van de annulatie van het percentage nutriėntenemissierechten.

§ 5

De Vlaamse Regering kan nadere regels vaststellen met betrekking tot dit artikel.
Wetshistoriek
§ 2, lid 1 gewijzigd bij art. 75, 1° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009), met enkel uitwerking op dossiers betreffende de overdracht van nutriėntenemissierechten die vanaf 14 februari 2009 bij de Mestbank werden ingediend (art. 159).
§ 2, lid 2, 3° gewijzigd bij art. 75, 2° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009), met enkel uitwerking op dossiers betreffende de overdracht van nutriėntenemissierechten die vanaf 14 februari 2009 bij de Mestbank werden ingediend (art. 159).
§ 3 opgeheven bij art. 75, 3° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009), met enkel uitwerking op dossiers betreffende de overdracht van nutriėntenemissierechten die vanaf 14 februari 2009 bij de Mestbank werden ingediend (art. 159) en wordt opgeheven inde mate dat het uitwerking had op dossiers ingediend voor 14 februari 2009 bij art. 142 Decr.Vl. 23 december 2010 (BS 18 februari 2011 (ed. 2)).

Artikel 32

De landbouwer kan aan de Vlaamse Regering de herziening vragen van de berekening van de toegewezen nutriėntenemissierechten en kan bij de Vlaamse Regering beroep aantekenen tegen alle beslissingen van de Mestbank inzake de nutriėntenemissierechten [en de tijdelijke nutriėntenemissierechten].
De Vlaamse Regering kan nadere regels vaststellen met betrekking tot dit artikel.
Wetshistoriek
Gewijzigd bij art. 76 Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009).

Artikel 33

Ingeval in een exploitatie de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en regels, bedoeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van één of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan, wordt het voor de betreffende diersoort toegekende aandeel in de nutriėntenemissierechten van rechtswege geannuleerd.
De Vlaamse Regering kan nadere voorwaarden en regels vaststellen met betrekking tot de annulatie van het toegekende aandeel van de nutriėntenemissierechten.

Afdeling II Bedrijfsontwikkeling door overname van nutriėntenemissierechten

Artikel 34

§ 1

Bedrijfsontwikkeling is mogelijk door:
de overname van nutriėntenemissierechten met annulering van een 25 % van de overgenomen nutriėntenemissierechten;
[De overnemer kan ervoor opteren om 25 percent van de overgenomen nutriėntenemissierechten te verwerken door verwerking van mest afkomstig van het eigen bedrijf in plaats van deze te laten annuleren. De verwerking van 25 percent nutriėntenemissierechten gebeurt in voorkomend geval, bovenop de mestverwerkingsplicht, zoals bepaald in artikel 29, van de bedrijfsgroep waartoe het bedrijf behoort;]
de overname van nutriėntenemissierechten zonder annulering:
a)
[ofwel indien alle nutriėntenemissierechten van een bepaald bedrijf overgenomen worden in het kader van een eerste installatie waarbij de overnemer jonger is dan 40 jaar en nog niet beschikt of beschikt heeft over een eigen bedrijf. De nutriėntenemissierechten die in het kader van een eerste installatie worden overgenomen, zijn gedurende drie kalenderjaren volgend op die overname slechts verder overdraagbaar op grond van 1° of op grond van 2°, a) of e);]
b)
[ofwel indien de nutriėntenemissierechten worden overgedragen aan een landbouwer, waarvan elke persoon die deel uitmaakt van de overnemende landbouwer:
hetzij zelf deel uitmaakt van de overlatende landbouwer;
hetzij een bloed- of aanverwant in de nederdalende lijn is van een natuurlijke persoon die deel uitmaakt van de overlatende landbouwer;
hetzij een bloed- of aanverwant is in de tweede graad in de zijlijn van een natuurlijke persoon die deel uitmaakt van de overlatende landbouwer;
hetzij de echtgenoot of echtgenote is van een natuurlijke persoon, die deel uitmaakt van de overlatende landbouwer;
hetzij een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid is onder de volgende voorwaarden:
minstens 80 % van de aandelen van de personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid moet eigendom zijn van één of meerdere personen vermeld in 1° tot en met 4°;
de zaakvoerder, beherende vennoot of bestuurder van de personenvennootschap moet een persoon zijn, vermeld in 1° tot en met 4°.
Indien de aandelen van de personenvennootschap geheel of gedeeltelijk of de personenvennootschap, die beschikt over nutriėntenemissierechten, overgedragen wordt aan een derde die niet vermeld is in 1° tot en met 4°, wordt deze overdracht beschouwd als een overdracht met annulering van de 25 % nutriėntenemissierechten die toebehoren aan de personenvennootschap.
Indien de nutriėntenemissierechten door de personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid worden overgedragen aan de landbouwer die de inbreng ervan heeft gedaan of aan één of meerdere personen als vermeld in 1° tot en met 4° gebeurt de overname eveneens zonder annulering;
hetzij een bloed- of aanverwant in opgaande lijn is van een natuurlijke persoon die deel uitmaakt van een overlatende landbouwer in het geval deze laatste wegens geattesteerde ziekte van lange duur of overlijden niet meer in staat is de exploitatie te voeren.
Onder “deel uitmaken van een landbouwer” wordt verstaan: het als persoon of als lid van een groepering van personen uitbaten van een exploitatie van de landbouwer;]
c)
[...];
d)
[...];
e)
ofwel indien het gaat over een overdracht van nutriėntenemissierechten NER-DR die kadert in de overdracht van melkquotum en enkel voor dat gedeelte van de nutriėntenemissie rechten NER- DR die overeenkomen met het aantal dieren dat gehouden werd om het over gedragen melkquotum in te vullen.
f)
[ofwel indien de nutriėntenemissierechten worden overgedragen van een landbouwer bestaande uit een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid aan een landbouwer waarvan elke persoon die deel uitmaakt van de overnemende landbouwer een persoon is die voldoet aan een van de voorwaarden beschreven in 1° tot en met 6° en die tegelijk eveneens voldoet aan een van de voorwaarden beschreven in 7° tot en met 12°:
het betreft een natuurlijke persoon die op 1 januari 2007 of sedert minstens de drie laatste jaren voorafgaand aan de overdrachtsdatum, ononderbroken zaakvoerder, beherende vennoot of bestuurder was van de overlatende vennootschap;
het betreft een bloed- of aanverwant in de nederdalende lijn van de persoon vermeld in 1°;
het betreft een bloed- of aanverwant in de tweede graad in de zijlijn van de persoon vermeld in 1°;
het betreft de echtgenoot of echtgenote van de persoon vermeld in 1°;
het betreft een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid waarvan elke zaakvoerder, beherende vennoot of bestuurder een persoon is als vermeld in 1° tot en met 4° of 6°. Als na de overdracht in de overnemende personenvennootschap een functie van zaakvoerder, beherend vennoot of bestuurder wordt toegewezen aan een persoon die niet vermeld is in 1° tot en met 4° of 6°, wordt dit gelijkgesteld met een overdracht met annulering van de 25 % nutriėntenemissierechten die toebehoren aan de personenvennootschap;
het betreft een bloed- of aanverwant in opgaande lijn van de persoon vermeld in 1°, als de persoon, vermeld in 1°, wegens geattesteerde ziekte van lange duur of overlijden niet meer in staat is een exploitatie uit te baten;
het betreft een natuurlijk persoon die aandeelhouder is in de overlatende vennootschap en die sedert 1 januari 2007, of sedert minstens de drie laatste jaren voorafgaand aan de overdrachtsdatum, ononderbroken, zelf of samen met zijn bloed- of aanverwanten in de nederdalende lijn, zijn bloed- of aanverwanten in de tweede graad in de zijlijn, zijn echtgenoot of echtgenote, en zijn bloed- of aanverwanten in opgaande lijn, alle aandelen van de overlatende vennootschap bezit;
het betreft een bloed- of aanverwant in de nederdalende lijn van een aandeelhouder als vermeld in 7°;
het betreft een bloed- of aanverwant in de tweede graad in de zijlijn van een aandeelhouder als vermeld in 7°;
10°
het betreft de echtgenoot of de echtgenote van een aandeelhouder als vermeld in 7°;
11°
het betreft een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid waarbij alle aandelen van de overnemende personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid eigendom zijn van één of meerdere personen vermeld in 7° tot en met 10° of 12°. Als na de overdracht de aandelen van de overnemende personenvennootschap geheel of gedeeltelijk of de personenvennootschap die beschikt over de nutriėntenemissierechten worden overgedragen aan een derde die niet vermeld is in 7° tot en met 10° of 12°, wordt deze overdracht beschouwd als een overdracht met annulering van de 25 % nutriėntenemissierechten die toebehoren aan de personenvennootschap;
12°
het betreft een bloed- of aanverwant in opgaande lijn van een aandeelhouder vermeld in 7° als deze aandeelhouder wegens geattesteerde ziekte van lange duur of overlijden niet meer in staat is een exploitatie uit te baten;
]
[De Vlaamse Regering bepaalt op welke wijze voldaan wordt aan de voorwaarde dat de overnemer jonger moet zijn dan 40 jaar, als vermeld in het eerste lid, 2°, a), wanneer de overnemer een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid is.]
[Voor de toepassing van dit artikel wordt een kapitaalsvennootschap waarvan alle aandelen op naam zijn, gelijkgesteld met een personenvennootschap.]
De Vlaamse Regering kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de uitzonderingen, vermeld in het eerste lid.

§ 2

Een verhoging van de mestproductie of een nieuwe mestproductie is uitgesloten voor bedrijven waarvoor geheel of gedeeltelijk een stopzettingsvergoeding werd bekomen in het kader van het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van één of meerdere diersoorten.
Wetshistoriek
§ 1, lid 1:
1° gewijzigd bij art. 77, 1° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009);
2°, a) vervangen bij art. 77, 2° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009);
2°, b) vervangen bij art. 77, 3° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009);
2°, c) opgeheven bij art. 77, 4° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009);
2°, d) opgeheven bij art. 77, 5° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009);
2°, f) ingevoegd bij art. 43, 1° Decr.Vl. 1 maart 2013 (BS 15 april 2013 (ed. 2)).
§ 1, lid 2 ingevoegd bij art. 77, 6° Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009).
§ 1, lid 3 ingevoegd bij art. 43, 2° Decr.Vl. 1 maart 2013 (BS 15 april 2013 (ed. 2)).

Afdeling III Bedrijfsontwikkeling na bewezen mestverwerking

Artikel 35

Bedrijven kunnen groeien nadat ze, aan de Mestbank, het bewijs geleverd hebben van mestverwerking onder de volgende voorwaarden:
de nutriėntenbalans in het Vlaamse Gewest moet in evenwicht zijn zoals ook moet blijken uit een significante verbetering van de resultaten van de metingen van de relevante parameters. De Vlaamse Regering stelt nadere voorwaarden met betrekking tot de te bereiken milieuresultaten vast.
De Vlaamse Regering kan uitzonderingen toestaan voor een bedrijf dat in het jaar X deel uitmaakte van een bedrijfsgroep die aan haar mestverwerkingsplicht, als vermeld in artikel 29, heeft voldaan en dat daarenboven 25 % van de netto uitbreiding heeft verwerkt en in de mate dat er in het Vlaamse Gewest meer dan 13 miljoen kg N wordt verwerkt, zoals vastgesteld op basis van de door de Mestbank uitgereikte mestverwerkingscertificaten, als vermeld in artikel 29, § 3. Zij kunnen deze mestverwerking niet invullen door het verwerken of laten verwerken van mest afkomstig van een ander bedrijf. Vanaf het jaar X + 1 kent de Mestbank niet-overdraagbare nutrienten-emissierechten-mestverwerking toe[, uitgedrukt in NER-MVWr, NER-MVWv, NER-MVWp of NER-MVWa, die alleen kunnen worden aangewend voor de diersoort waarin ze zijn gespecificeerd, uitgezonderd de NER-MVWa, die ook kunnen worden gehouden voor de diersoort paarden]. Vanaf het jaar X + 1 dient de bedrijfsgroep waartoe de landbouwer behoort, voldaan te hebben aan haar mestverwerkingsplicht, als vermeld in artikel 29, en dient de landbouwer daarenboven 25 % van de gehele uitbreiding plus de gehele uitbreiding, te verwerken;
de bedrijven dienen de bijkomende mestproductie volledig te verwerken of te laten verwerken. Zij kunnen deze mestverwerking niet invullen door het verwerken of laten verwerken van mest afkomstig van een ander bedrijf of van andere op het bedrijf geproduceerde mest dan de bijkomende mestproductie;
zij mogen geen nutriėntenemissierechten hebben overgedragen;
zij mogen in de toekomst ook geen nutriėntene-missierechten overdragen, tenzij in het kader van een bedrijfsovername van het volledige bedrijf. De mestverwerkingsplicht met betrekking tot de nutriėntenemissierechten-MVW blijft [onverkort] gelden;
indien de mestverwerking van de uitbreiding niet gebeurt, vervalt de milieuvergunning betreffende het uitgebreide deel.
De Vlaamse Regering stelt nadere regels vast.
Wetshistoriek
Lid 1:
1° gewijzigd bij art. 143 Decr.Vl. 23 december 2010 (BS 18 februari 2011 (ed. 2));
4° gewijzigd bij art. 78 Decr.Vl. 12 december 2008 (BS 4 februari 2009).

Artikel 36

Voor de exploitatie van de bijkomende mestproductie mits mestverwerking wijst de Mestbank nutriėntenemissierechten-MVW toe die niet overdraagbaar zijn. Deze niet-overdraagbare nutriėntenemissierechten-MVW kunnen maar worden toegewezen indien de landbouwer aan de Mestbank het bewijs levert over voldoende mestverwerkingscertificaten te beschikken om te voldoen aan de voorwaarden van artikel 35.

Artikel 37

De Mestbank annuleert de nutriėntenemissierechten-MVW in de volgende gevallen:
indien blijkt dat de mestverwerking niet gebeurt;
[indien nutriėntenemissierechten of nutriėntenemissierechten-MVW werden overgedragen, tenzij die overdracht deel uitmaakt van een bedrijfsovername van het volledige bedrijf.]
Wetshistoriek
Enig lid, 2° vervangen bij art. 144 Decr.Vl. 23 december 2010 (BS 18 februari 2011 (ed. 2)).