21/03/1804 BW
[Oud] Burgerlijk Wetboek
Titel I Genot en verlies van de burgerlijke rechten
Wetshistoriek
Artikelen Titel I vernummerd bij art. 3, 2° tot 4° Wet 18 juni 2018 (BS 2 juli 2018), met ingang van 31 maart 2019 (art. 118, zelf gewijzigd bij art. 186 Wet 21 december 2018 (BS 31 december 2018 (ed. 1))).
Opschrift Hoofdstuk I opgeheven bij art. 3, 1° Wet 18 juni 2018 (BS 2 juli 2018), met ingang van 31 maart 2019 (art. 118, zelf gewijzigd bij art. 186 Wet 21 december 2018 (BS 31 december 2018 (ed. 1))).
Opschriften Hoofdstuk II en Afdelingen I en II opgeheven bij art. 3, 5° Wet 18 juni 2018 (BS 2 juli 2018), met ingang van 31 maart 2019 (art. 118, zelf gewijzigd bij art. 186 Wet 21 december 2018 (BS 31 december 2018 (ed. 1))).
Voorgeschiedenis
Oorspronkelijke art. 9 en 10 opgeheven bij art. 29 W. 15 december 1949 (B.S., 1-3 januari 1950).
Oorspronkelijk art. 12 opgeheven bij art. 29 W. 15 december 1949 (B.S., 1-3 januari 1950).
Oorspronkelijk art. 13 opgeheven bij art. 93 W. 15 december 1980 (B.S., 31 december 1980).
Oorspronkelijk art. 14 opgeheven bij art. 29 W. 15 december 1949 (B.S., 1-3 januari 1950).
Oorspronkelijk art. 15 opgeheven bij art. 139, 1° W. 16 juli 2004 (B.S., 27 juli 2004), met ingang van 1 oktober 2004 (art. 140).
Oorspronkelijk art. 16 opgeheven bij art. 2 (art. 18) W. 10 oktober 1967 (B.S., 31 oktober 1967), met ingang van 1 januari 1969 (art. 3 K.B. 4 november 1968 (B.S., 13 november 1968)).
Oorspronkelijke art. 17 tot 33 opgeheven bij art. 29 W. 15 december 1949 (B.S., 1-3 januari 1950).
Artikel 3
De uitoefening van de burgerlijke rechten is onafhankelijk van de hoedanigheid van staatsburger, die alleen overeenkomstig de Grondwet wordt verkregen en behouden.
Wetshistoriek
Vernummerd bij art. 3, 2° Wet 18 juni 2018 (BS 2 juli 2018), met ingang van 31 maart 2019 (art. 118, zelf gewijzigd bij art. 186 Wet 21 december 2018 (BS 31 december 2018 (ed. 1))).
Artikel 4
Ieder Belg heeft het genot van de burgerlijke rechten.
Wetshistoriek
Vernummerd bij art. 3, 3° Wet 18 juni 2018 (BS 2 juli 2018), met ingang van 31 maart 2019 (art. 118, zelf gewijzigd bij art. 186 Wet 21 december 2018 (BS 31 december 2018 (ed. 1))).
Artikel 5
[Een vreemdeling heeft in België het genot van alle aan de Belgen verleende burgerlijke rechten behoudens de uitzonderingen door de wet gesteld.
Een vreemdeling die gemachtigd is zich in het Rijk te vestigen en die in het bevolkingsregister is ingeschreven, heeft het genot van alle aan de Belgen verleende burgerlijke rechten zolang hij in België verblijf houdt.]
Wetshistoriek
Vervangen bij art. 84 W. 15 december 1980 (B.S., 31 december 1980) en vernummerd bij art. 3, 4° Wet 18 juni 2018 (BS 2 juli 2018), met ingang van 31 maart 2019 (art. 118, zelf gewijzigd bij art. 186 Wet 21 december 2018 (BS 31 december 2018 (ed. 1))).