Meer info
     

21/03/1804 BW
[Oud] Burgerlijk Wetboek

Artikel 393

[Indien de ouders geen gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid die hen in het voorgaande artikel wordt geboden of indien het niet mogelijk was hun keuze te volgen, kiest de vrederechter zodra hij kennis heeft van het ontstaan van de voogdij, een voogd die geschikt is om de minderjarige op te voeden en zijn goederen te beheren, bij voorkeur uit de naaste familieleden. Hij benoemt de voogd nadat hij zich verzekerd heeft van zijn aanvaarding.]
[Ingeval van broers en zussen in de zin van artikel 387sexiesdecies, duidt de vrederechter bij voorkeur dezelfde voogd aan voor alle broers en zussen, rekening houdend met het belang van elk kind. In voorkomend geval verduidelijkt de vrederechter hoe de broers en zussen persoonlijke contacten met elkaar onderhouden.]
Wetshistoriek
Vervangen bij art. 13 W. 29 april 2001 (B.S., 31 mei 2001 (tweede uitg.)), met ingang van 1 augustus 2001 (art. 90).
Wetshistoriek
Gewijzigd bij art. 8 Wet 20 mei 2021 (BS 9 juni 2021).