14/04/2000 Vrijstellingsbesluit
Besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000 tot bepaling van de vergunningsplichtige functiewijzigingen [...]
Artikel 2
§ 1 [
Een [omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen] is nodig als een van de volgende hoofdfuncties van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wordt gewijzigd in een andere hierna vermelde hoofdfunctie. De volgende functies worden als hoofdfunctie beschouwd:
- 1°
- wonen;
- 2°
- verblijfsrecreatie;
- 3°
- dagrecreatie, met inbegrip van sport;
- 4°
- land- en tuinbouw in de ruime zin;
- 5°
- detailhandel;
- 6°
- dancing, restaurant en café;
- 7°
- kantoorfunctie, dienstverlening en vrije beroepen;
- 8°
- industrie en bedrijvigheid;
- 9°
- gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen;
- 10°
- militaire functie.
Een [omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen] is evenwel niet vereist in gebieden die op de plannen van aanleg of op de uitvoeringsplannen aangegeven zijn als militair domein, als de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wordt gewijzigd van een hoofdfunctie, vermeld in het eerste lid, 1° tot 9°, naar de hoofdfunctie militaire functie, voor zover het gaat om installaties of gebouwen van militair strategisch belang.
[Een [omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen] is evenmin vereist als de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wordt gewijzigd van een van de in het eerste lid opgesomde hoofdfuncties naar een hoofdfunctie die bestaat uit noodopvang, als aan al de volgende voorwaarden is voldaan:
- 1°
- het betreft gegroepeerde opvang van asielzoekers, daklozen of burgers wiens woning onbewoonbaar is;
- 2°
- onvoorziene omstandigheden geven aanleiding tot een dringende opvangbehoefte;
- 3°
- de opvang is nodig om humanitaire redenen;
- 4°
- de opvang is tijdelijk voor een periode van maximaal drie jaar.
]
]
§ 2
Een [omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen] is steeds nodig als het onroerende bebouwde goed een exploitatiewoning bij een gebouw dat [onder de functiecategorie “land- en tuinbouw in de ruime zin” of “industrie en bedrijvigheid” valt] , betreft en de nieuwe hoofdfunctie na overdracht van enig zakelijk recht geen binding meer heeft met de al dan niet beëindigde exploitatie.
§ 3
Vrijgesteld van deze [omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen] is het in een woongebouw uitoefenen van functies, complementair aan het wonen, zoals [kantoorfunctie, dienstverlening en vrije beroepen, verblijfsrecreatie, detailhandel, restaurant, café en bedrijvigheid], mits aan alle van de volgende vereisten voldaan is:
- 1°
- het woongebouw is gelegen in een woongebied of in een daarmee vergelijkbaar gebied;
- 2°
- de woonfunctie blijft behouden als hoofdfunctie;
- 3°
- de complementaire functie beslaat een geringere oppervlakte dan de woonfunctie met een totale maximale vloeroppervlakte van 100 vierkante meter;
- 4°
- de complementaire functie is niet strijdig met de voorschriften van stedenbouwkundige verordeningen, bouwverordeningen, verkavelingsverordeningen, [gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, bijzondere plannen van aanleg, minder dan 15 jaar oude verkavelingsvergunningen of minder dan 15 jaar oude omgevingsvergunningen voor het verkavelen van gronden].
Wetshistoriek
§ 1 vervangen bij art. 1, 1° B.Vl.Reg. 17 juli 2015 (BS 19 november 2015 (ed. 2)), van toepassing op functiewijzigingen die worden doorgevoerd vanaf 29 november 2015 (art. 9), gewijzigd bij art. 1 B.Vl.Reg. 30 oktober 2015 (BS 19 november 2015 (ed. 2)) en bij art. 556, 1° B.Vl.Reg. 27 november 2015 (BS 23 februari 2016 (ed. 1)), met ingang van 23 februari 2017 (art. 798).
§ 2 gewijzigd bij art. 1, 2° B.Vl.Reg. 17 juli 2015 (BS 19 november 2015 (ed. 2)), van toepassing op functiewijzigingen die worden doorgevoerd vanaf 29 november 2015 (art. 9) en bij art. 556, 1° B.Vl.Reg. 27 november 2015 (BS 23 februari 2016 (ed. 1)), met ingang van 23 februari 2017 (art. 798).
§ 3, enig lid;
- –
- inleidende bepaling gewijzigd bij art. 1, 3° B.Vl.Reg. 17 juli 2015 (BS 19 november 2015 (ed. 2)), van toepassing op functiewijzigingen die worden doorgevoerd vanaf 29 november 2015 (art. 9) en bij art. 556, 1° B.Vl.Reg. 27 november 2015 (BS 23 februari 2016 (ed. 1)), met ingang van 23 februari 2017 (art. 798);
- –
- 4° gewijzigd bij art. 1 B.Vl.Reg. 28 september 2018 (BS 12 november 2018).
Voorgeschiedenis
§ 1 vervangen bij art. 2 B. Vl. Reg. 26 april 2002 (B.S., 20 juni 2002 (derde uitg.)).
§ 3, enig lid, 4° gewijzigd bij art. 556, 2° B.Vl.Reg. 27 november 2015 (BS 23 februari 2016 (ed. 1)), met ingang van 23 februari 2017 (art. 798).