23/09/1992 Politiereglement Beneden-Zeeschelde
Koninklijk besluit van 23 september 1992 houdende politiereglement van de Beneden-Zeeschelde
Afdeling III Meren van schepen
Artikel 7
Het is verboden af te meren vóór of nabij havenmonden, aanlegplaatsen en dergelijke, in bochten of lichtenlijnen of in de nabijheid van een van die plaatsen, zodat andere schepen daarvan hinder ondervinden.
Schepen mogen op de stroom alleen gemeerd worden tussen de meerboeien die daarvoor bestemd zijn. Het is verboden schepen te meren aan een bebakeningsinrichting. Meerboeien voor publiek gebruik zijn geel gekleurd en gemerkt met een zwart letterteken “P2”. De Gemeenschappelijke Nautische Autoriteit bepaalt de voorwaarden voor het gebruik van meerboeien.
Schepen die rechtstreeks of onrechtstreeks aan één enkele meerboei vastgemaakt zijn en schepen die tussen meerboeien liggen, worden door de toepassing van dit besluit als geankerde schepen beschouwd.
Wetshistoriek
Vervangen bij art. 9 B.Vl.Reg. 23 december 2022 (BS 28 april 2023).
Voorgeschiedenis
§ 10 gewijzigd bij art. 23, § 2 K.B. 3 mei 1999 (B.S., 16 juli 1999), met ingang van 1 april 1999 (art. 32).
Artikel 7bis
De gezagvoerders dragen er zorg voor dat hun schip, zolang het een ligplaats inneemt, vakkundig is gemeerd. Ze houden daarbij rekening met het getij, de beladingstoestand, de weersomstandigheden en mogelijk voorbijvarende schepen.
Het is verboden zodanig af te meren dat het gebruik van de waterweg en zijn aanhorigheden wordt belemmerd.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 10 B.Vl.Reg. 23 december 2022 (BS 28 april 2023).
Artikel 7ter
Een vaartuig kan alleen aan een kade aanmeren als de ligplaats tijdig over een veilige lengte volledig vrij is van scheepvaart.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 10 B.Vl.Reg. 23 december 2022 (BS 28 april 2023).
