01/06/1995 Vlarem II
Besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (titel II van het VLAREM)
Hoofdstuk 5.39 Stoomtoestellen
Artikel 5.39.0.1
§ 1
De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van toepassing op de inrichtingen bedoeld in rubriek 39 van de indelingslijst.
§ 2
[...]
Wetshistoriek
§ 2 opgeheven bij art. 362 B.Vl.Reg. 16 mei 2014 (BS 24 september 2014 (ed. 1)).
Artikel 5.39.0.2
[Onverminderd de voorschriften] van het koninklijk besluit van 18 oktober 1991 betreffende de stoomtoestellen met betrekking tot de arbeidsveiligheid dienen de stoomtoestellen te beantwoorden aan de volgende voorschriften:
- 1°
- de toestellen en hun toebehoren zijn gebouwd volgens een code van goede praktijk, en weerstaan aan de mechanische, thermische of chemische invloeden die zij bij het gebruik kunnen ondergaan; dit wordt bevestigd door een attest afgeleverd door een milieudeskundige erkend in de discipline toestellen en installaties onder druk, een bevoegd persoon of door de constructeur; in deze attesten wordt ondubbelzinnig verklaard dat de toestellen veilig kunnen gebruikt worden binnen de door de exploitant vooropgestelde bedrijfsomstandigheden;
- 2°
- de stoomtoestellen dienen derwijze opgesteld dat het gevaar voor de buurt tot een minimum wordt beperkt;
- 3°
- het gebruik van de toestellen en hun toebehoren gebeurt op een wijze dat geen gevaar of overdreven hinder door uitwasemingen, stof, reuk, geluid of trillingen ontstaat.
Wetshistoriek
Gewijzigd bij art. 224 B. Vl. Reg. 19 januari 1999 (B.S., 31 maart 1999 (eerste uitg.)), met ingang van 1 mei 1999 (art. 303).