08/05/2019 Belgisch Scheepvaartwetboek
Belgisch Scheepvaartwetboek
Hoofdstuk 1 Cameragebruik
Wetshistoriek
Hoofdstuk 1 (art. 4.6.1.1 - art. 4.6.1.12) ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.1 Wet van 21 maart 2007
De wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's is niet van toepassing in de Belgische maritieme zones.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.2 Begrippen
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
- 1°
- camera: elke observatiesysteem dat beelden verwerkt;
- 2°
- mobiele camera: camera die tijdens de observatie wordt verplaats om vanaf verschillende plaatsen of posities te filmen, met inbegrip van camera's geïnstalleerd aan boord van vaartuigen of vliegtuigen of gehangen aan drones;
- 3°
- vaste camera: camera die tijdens de observatie op een vaste plaats blijft om vanaf deze locatie te filmen;
- 4°
- intelligente camera: camera die ook onderdelen en software bevat die, al niet gekoppeld aan registers of bestanden, de verzamelde beelden al dan niet autonoom kan verwerken;
- 5°
- verwerkingsverantwoordelijke: de persoon bedoeld in artikel 4, 7) van de AVG.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.3 Toepassingsgebied
Dit hoofdstuk is van toepassing op de plaatsing en het gebruik van camera's in de Belgische territoriale zee en de Exclusief Economische Zone.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.4 Doel
Het doel van de camera's is:
- 1°
- misdrijven tegen personen of goederen te voorkomen, vast te stellen of op te sporen;
- 2°
- het mariene milieu te beschermen;
- 3°
- wetenschappelijk onderzoek;
- 4°
- de scheepvaartveiligheid garanderen;
- 5°
- de beveiliging van de bouw- en kunstwerken, kabels en pijpleidingen te garanderen;
- 6°
- de beveiliging van de Belgische maritieme zones garanderen;
- 7°
- het behoud van de levende rijkdommen.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.5 Andere wetgeving
Dit hoofdstuk is niet van toepassing op camera's die toegelaten zijn door of krachtens een bijzondere wet of decreet.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.6 Gebruik van vaste camera's in de territoriale zee
§ 1
Het initiatief tot het plaatsen van één of meer vaste camera's wordt genomen door de verwerkingsverantwoordelijke, die enkel een openbare overheid kan zijn.
§ 2
De verwerkingsverantwoordelijke richt de aanvraag tot het installeren van een vaste camera aan de Cel Maritieme Beveiliging en verduidelijkt in de aanvraag volgende punten:
- 1°
- locatie van het plaatsen van de camera;
- 2°
- de perimeter;
- 3°
- het doeleinde van het gebruik van de camera;
- 4°
- de specificaties van de camera;
- 5°
- de voorgestelde bewaringstermijn die de maximale van duur zoals bepaald in paragraaf 7 niet te boven mag gaan;
- 6°
- de wijze waarop de verwerking van de gegevens gebeurt.
De Koning bepaalt de vorm en de inhoud van het aanvraagformulier.
De Cel Maritieme Beveiliging vraagt een advies aan het MIK over de punten 1° tot en met 4°. Indien dit advies niet binnen de dertig dagen wordt gegeven, wordt het geacht positief te zijn.
De Cel Maritieme Beveiliging bezorgt het dossier samen met het advies van het MIK aan de minister die beslist over de plaatsing en de modaliteiten van de camera. De beslissing van de minister is geldig voor een termijn van 5 jaar waarna deze vernieuwd moet worden.
§ 3
De Cel Maritieme Beveiliging maakt de plaatsing van de camera bekend via een Bericht aan Zeevarenden en een publicatie op de website van de Cel Maritieme Beveiliging.
§ 4
De verwerkingsverantwoordelijke houdt een register bij met de beeldverwerkingsactiviteiten van de camera's uitgevoerd onder zijn verantwoordelijkheid. De Koning bepaalt de inhoud van dit register, de modaliteiten en de bewaartermijn ervan.
§ 5
Het bekijken van deze beelden in real time is enkel toegestaan door de diensten bedoeld in artikel 4.2.4.4/1, opdat de bevoegde diensten onmiddellijk kunnen ingrijpen bij misdrijf, schade, overlast of verstoring van de openbare orde en deze diensten in hun optreden optimaal kunnen worden gestuurd, of voor het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek.
§ 6
Het opnemen van de beelden die aanleiding geven tot een verwerking van persoonsgegevens is uitsluitend toegestaan voor de verwezenlijking van de doelstellingen bedoeld in artikel 4.6.1.4.
§ 7
De beelden die aanleiding geven tot een verwerking van persoonsgegevens worden niet langer bewaard dan strikt noodzakelijk voor de verwezenlijking van de doelstellingen zoals bedoeld in artikel 4.6.1.4, zonder dat de termijn 5 jaar mag overschrijden.
§ 8
In afwijking van paragraaf 1 kan de verwerkingsverantwoordelijke de exploitant van een bouw- of kunstwerk, kabel of pijpleiding zijn op voorwaarde dat de camera enkel de eigen installatie of veiligheidszone filmt en:
- 1°
- het gebruik van de camera's is opgenomen in het beveiligingsplan bedoeld in artikel 2.5.2.64; of
- 2°
- het gebruik van de camera tot doel heeft de naleving van de veiligheidszone vastgesteld overeenkomstig het koninklijk besluit van 4 februari 2020 tot instelling van veiligheidszones in de zeegebieden onder Belgische rechtsbevoegdheid.
De paragrafen 2 tot en met 4 en paragrafen 6 tot en met 7 zijn overeenkomstige toepassing. De beelden mogen in real time uitsluitend bekeken worden om de beveiliging te kunnen garanderen of onmiddellijk te kunnen ingrijpen als een vaartuig de veiligheidszone schendt.
De beelden bedoeld in deze paragraaf kunnen gedeeld worden met de diensten bedoeld in artikel 4.2.4.4/1 voor de doeleinden bedoeld in artikel 4.6.1.4.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.7 Gebruik van mobiele camera's in de territoriale zee
Een mobiele camera kan enkel geïnstalleerd worden door een overheid bedoeld in artikel 4.2.4.4/1 overeenkomstig de modaliteiten in artikel 4.6.1.6.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.8 Gebruik van vaste of mobiele camera's in de Exclusief Economische Zone
Het gebruik van vaste of mobiele camera's in de Exclusief Economische Zone is toegelaten overeenkomstig de modaliteiten bedoeld in artikel 4.6.1.6 en 4.6.1.7, met als bijkomende voorwaarde dat de aanvrager moet aantonen dat de camera gebruikt wordt voor één van de rechten bedoeld in artikel 56 of 60 van het VN-Zeerechtenverdrag.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.9 Verboden gebruik van camera's
Elke plaatsing of gebruik van camera's in de territoriale zee of de exclusief economische zone in strijd met de bepalingen overeenkomstig de artikelen 4.6.1.4, 4.6.1.6, 4.6.1.7 en 4.6.1.8 is verboden.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.10 Intelligente camera's
Het gebruik van intelligente camera's gekoppeld aan registers of bestanden van persoonsgegevens zijn enkel toegelaten met het oog op de automatische herkenning van het vaartuig.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.11 Recht van toegang
§ 1
Iedere gefilmde persoon heeft een recht van toegang tot de beelden.
De gefilmde persoon richt hiervoor een verzoek aan de verwerkingsverantwoordelijke. Dit verzoek bevat voldoende gedetailleerde aanwijzingen om de betrokken beelden precies te kunnen lokaliseren.
Wanneer de gefilmde persoon aanspraak kan maken op het recht om een kopie te verkrijgen overeenkomstig artikel 15, 3, van de AVG kan de verwerkingsverantwoordelijke het verzoek tot toegang inwilligen, door aan de gefilmde persoon de beelden te laten bekijken, zonder een kopie van de beelden te verstrekken, teneinde te waarborgen dat:
- 1°
- de rechten en vrijheden van andere zoals voorzien door artikel 15, 4, van de AVG niet in het gedrang komen;
- 2°
- de openbare veiligheid of de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten, met toepassing van artikel 23, 1, c) en d), van de AVG niet in gevaar wordt gebracht.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).
Artikel 4.6.1.12 Strafbepalingen
Overtreding van de artikelen 4.6.1.6 tot 4.6.1.10 wordt gestraft met een geldboete van 100 euro tot 10.000 euro. Wordt gestraft met dezelfde geldboete, de persoon die de beschikking heeft over een afbeelding waarvan redelijkerwijs kan vermoed worden dat dit beeld verkregen met schending van deze artikelen.
Wetshistoriek
Ingevoegd bij art. 22 Wet 13 oktober 2022 (BS 26 oktober 2022), met ingang van 1 januari 2023 (art. 36).