Meer info
     

28/10/2016 Vlareme
Besluit van de Vlaamse Regering van 28 oktober 2016 houdende uitvoering van het Mestdecreet van 22 december 2006

Artikel 10.2.6.1

§ 1

Als de Mestbank vaststelt dat een aanbieder van meststoffen de bepalingen van dit hoofdstuk niet naleeft of voor het bepalen van de mestsamenstelling een systeem gebruikt waarvan blijkt of waarvan vermoedt wordt dat de mestsamenstelling die via het gebruikte systeem verkregen is, niet representatief is voor alle of een groot deel van de transporten die betrekking hebben op de betrokken mestsoort, kan de Mestbank de betrokken aanbieder een of meer maatregelen opleggen.
De maatregelen die de Mestbank kan opleggen, vermeld in het eerste lid, zijn onder meer:
het beperken van de mogelijkheden voor het bepalen van de mestsamenstelling;
het verplichten om extra monsternames met bijbehorende analyses uit te laten voeren;
het beperken van de termijn tussen de eerste en de laatste individuele monstername, vermeld in artikel 10.2.3.4, § 1, eerste lid, 1°;
het beperken van de periode waarin de gemiddelde mestsamenstelling gebruikt kan worden, vermeld in artikel 10.2.3.4, § 2, eerste lid, 2°;
het beperken van de monsternames met bijbehorende analyses waarmee voor de toepassing van de bepalingen van dit hoofdstuk rekening kan worden gehouden voor de bepaling van de mestsamenstelling;
het verplichten om de monstername of de analyse sneller dan vermeld in artikel 10.1.2 of 10.2.3.2, § 2, 4°, of § 3, 3°, aan te melden;
het beperken van de periode waarin de resultaten van een putstaal gebruikt kunnen worden, vermeld in artikel 10.2.3.5, § 2, eerste lid, 2°;
het verplichten om een door de Mestbank op basis van een of meer analyses bepaalde mestsamenstelling te gebruiken.
Een beperking van de mogelijkheden voor het bepalen van de mestsamenstelling als vermeld in het tweede lid, 1°, kan zowel betrekking hebben op de keuzemogelijkheden, vermeld in artikel 10.2.1.1, als op de keuzemogelijkheden, vermeld in artikel 10.2.3.2. De beperkingen die opgelegd worden, kunnen betrekking hebben op alle mestsoorten die een aanbieder aanbiedt of maar op welbepaalde door de Mestbank aangeduide mestsoorten.
Als de Mestbank een verplichting om extra analyses te nemen als vermeld in het tweede lid, 2°, oplegt, bepaalt ze aan welke voorwaarden de extra analyses moeten voldoen en op welke wijze rekening moet worden gehouden met de resultaten van de betrokken extra analyses. De verplichting om extra analyses te nemen, kan een voorwaarde zijn om een bepaalde mogelijkheid voor het bepalen van de mestsamenstelling als vermeld in artikel 10.2.1.1 of 10.2.3.2, te kunnen gebruiken.
De maatregelen, vermeld in deze paragraaf, kunnen ook samen opgelegd worden.

§ 2

Als de Mestbank beslist om een of meer maatregelen als vermeld in paragraaf 1, op te leggen, brengt ze de betrokken aanbieder van meststoffen daarvan op de hoogte met een beveiligde zending en via het door de Mestbank ter beschikking gestelde internetloket.
Wetshistoriek
Vervangen bij art. 25 B.Vl.Reg. 22 december 2017 (BS 8 februari 2018), met ingang van 1 januari 2018 (art. 32).