Meer info
     

14/12/2007 Vlarebo
Besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2007 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de bodemsanering en de bodembescherming

Artikel 2

De bodemsaneringsnormen, vermeld in artikel 1, zijn verschillend naargelang van de bestemming volgens de vigerende plannen van aanleg of de vigerende ruimtelijke uitvoeringsplannen, of naargelang van de aanwijzing van de beschermde duingebieden en van de voor het duingebied belangrijke landbouwgebieden. Per grond wordt het overeenkomstige bestemmingstype opgezocht. De bodemsaneringsnormen voor die grond worden in artikel 1 weergegeven, in de kolom onder het cijfer van het bestemmingstype in kwestie. De volgende bestemmingstypes worden onderscheiden:
bestemmingstype I:
bosgebied;
groengebied;
valleigebied;
natuurgebied;
natuurgebied met wetenschappelijke waarde of natuurreservaat;
bosgebied met ecologisch belang;
bijzonder natuurgebied;
gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen met nabestemming natuurgebied met wetenschappelijke waarde of natuurreservaat;
zone voor natuurontwikkeling;
ontginningsgebied met nabestemming natuurontwikkeling;
beschermd duingebied, aangewezen krachtens het decreet van 14 juli 1993 houdende maatregelen ter bescherming van de kustduinen;
bijzonder groengebied;
gebied dat behoort tot het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN);
agrarisch gebied met ecologisch belang of ecologische waarde;
brongebied;
agrarisch gebied met bijzondere waarde;
voor het duingebied belangrijk landbouwgebied, aangewezen krachtens het decreet van 14 juli 1993 houdende maatregelen ter bescherming van de kustduinen;
ermee vergelijkbare gebieden, aangewezen op de plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen die van kracht zijn in de ruimtelijke ordening;
bestemmingstype II:
agrarisch gebied;
landschappelijk waardevol agrarisch gebied;
landelijk gebied met toeristische waarde;
parkgebied met semiagrarische functie;
woongebied met landelijk karakter;
woongebied met geringe dichtheid;
landelijk woongebied met culturele, historische of esthetische waarde;
kleintuingebied;
abdijgebied;
ermee vergelijkbare gebieden, aangewezen op de plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen van die kracht zijn in de ruimtelijke ordening;
bestemmingstype III:
woongebied;
woonuitbreidingsgebied;
woongebied met grote dichtheid;
woongebied met middelgrote dichtheid;
woonpark;
woongebied met culturele, historische of esthetische waarde;
woongebied waar bijzondere voorschriften voor de hoogte van de gebouwen gelden;
pleisterplaats voor nomaden, zigeuners of woonwagenbewoners;
scholen en kinderspeelterreinen;
gebied voor serviceresidentie;
gemengd woon- en industriegebied;
gemengd woon- en parkgebied;
bedrijfsgebied met stedelijk karakter;
zone van handelsvestigingen;
reservegebied voor woonwijken;
speelbos of speelweide;
gebied voor jeugdcamping;
ermee vergelijkbare gebieden, aangewezen op de plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen die van kracht zijn in de ruimtelijke ordening;
bestemmingstype IV:
parkgebied;
recreatiegebied;
gebied voor dagrecreatie;
gebied voor verblijfsrecreatie;
sportterrein;
golfterrein;
gebied voor vissport;
gebied voor groenvoorziening met recreatieve accommodatie;
toeristisch recreatiepark;
gebied voor recreatiepark;
reservegebied voor recreatie;
of ermee vergelijkbare gebieden aangewezen op de plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen die van kracht zijn in de ruimtelijke ordening;
bestemmingstype V:
industriegebied;
industriegebied voor vervuilende industrieėn;
industriegebied voor milieubelastende industrieėn;
gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebied voor kleine en middelgrote ondernemingen;
dienstverleningsgebied;
industriegebied met bijzondere bestemming;
gebied dat hoofdzakelijk bestemd is voor de vestiging van grootwinkelbedrijven;
gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen, andere dan scholen en kindertuinen;
oeverstrook met bijzondere bestemming (1);
luchtvaartterrein;
industriestortgebied;
bezinkingsgebied;
transportzone;
gemengd gemeenschapsvoorzienings- en dienstverleningsgebied, andere dan scholen en kinderspeelterreinen;
gebied voor kerninstallatie;
stortgebied;
wetenschapspark;
reservegebied voor ambachtelijke uitbreiding;
reservegebied voor industriėle uitbreiding;
reservegebied voor ambachtelijke bedrijven en kleine en middelgrote ondernemingen;
reservegebied voor beperkte industriėle uitbreiding;
ermee vergelijkbare gebieden, aangewezen op de plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen die van kracht zijn in de ruimtelijke ordening.
(1) Volgens artikel 6 van de bijzondere voorschriften van het gewestplan Antwerpen is het gebied dat als “een oeverstrook met bijzondere bestemming” is aangeduid, bestemd voor de heraanleg van kaaien. Buurtrecreatie, toeristische activiteiten en havenactiviteiten kunnen er samengaan. Alleen werkzaamheden en handelingen die daarmee verband houden, zijn er toegestaan.